Therapie bleek niet de oplossing toen Sasha (31) en haar vriend in een relatiedip zaten. Daarom bedacht ze haar eigen methode. Die werkte wel, en hoe. Tekst: Vivienne Groenwoud ‘Liefde is een werkwoord, zeg ik altijd maar. Een goede relatie komt niet vanzelf. Er is toewijding, vastberadenheid en heel veel verdraagzaamheid voor nodig. En, in ons geval: drugs. Pillen poppende meutes die losgaan in een zweterige club of op een of ander festival, daar hebben Bas en ik allebei niets mee. Als onze familie en vrienden zouden weten dat we elke maand wel een keer MDMA – ook bekend als xtc – gebruiken, zouden ze steil achteroverslaan. Wij? Het keurige, degelijke jasje-dasje-mantelpakje-koppel? Wanneer Bas en ik samen xtc nemen, kunnen we trippend soms wel een heel weekend in bed doorbrengen. We belanden dan in een soort bubbel waarin we onze diepste emoties kunnen delen. Die hoeven we niet eens uit te spreken, het is alsof we één persoon zijn. We zijn, ondanks de zware periode die we hebben meegemaakt en het verdriet dat we nog steeds hebben, verliefder dan ooit. In het begin was ik bang dat het alleen door de xtc kwam. Dat we een letterlijke ‘chemical romance’ hadden, en dat dit de enige manier was waarop we nog een connectie met elkaar konden maken. Maar ik merkte al snel dat we de verliefde gevoelens meenamen in ons gewone leven, ook als de pillen allang waren uitgewerkt. De herinnering aan wat we op die momenten delen, maakt dat we elkaar weer echt zien. We maken elkaars zinnen tegenwoordig zelfs af. En we hebben weer geweldige seks. Ik kan wel zeggen dat die MDMA-sessies voor elkaar hebben gekregen wat in anderhalf jaar relatietherapie maar niet wilde lukken.’ Samen alleen ‘Bas en ik hadden al jaren een kinderwens, maar om de een of andere reden lukte het ons niet om zwanger te raken. We zijn de hele medische molen doorgegaan, een ongelofelijk stressvolle periode, maar fysiek bleek er niets met ons aan de hand te zijn. Ergens was het misschien een teleurstelling dat er geen aanwijsbare reden was voor het uitblijven van een zwangerschap. Als die er wel was geweest, hadden we tenminste stappen kunnen ondernemen. We waren dus buiten zinnen van blijdschap toen ik na bijna drie jaar vruchteloos proberen eindelijk zwanger bleek te zijn. Helaas was die blijdschap maar van korte duur. Bij de eerste echo bleek het hartje van ons kindje niet te kloppen. Het was een enorme klap voor ons allebei. Alleen verwerkten we het verlies op heel verschillende manieren. Het klinkt cliché, maar ik denk dat we ten prooi vielen aan het klassieke man/vrouw-patroon: ik wilde veel over mijn gevoelens praten. Samen huilen, desnoods. Bas stopte zijn verdriet weg en zocht afleiding in zijn werk en eindeloze rondjes hardlopen, vaak op de momenten dat ik hem met tranen in mijn ogen tot een gesprek probeerde te bewegen. Op het moment dat we heel erg ‘samen’ hadden moeten zijn, waren we allebei verschrikkelijk alleen. Daardoor kwam onze relatie in een neerwaartse spiraal terecht. We waren altijd zo close geweest, maar dat gevoel van verbinding leek ineens afgestorven, net als ons kindje. In een poging elkaar terug te vinden, besloten we in relatietherapie te gaan. Ik kan niet zeggen dat ik er heel erg enthousiast over was. Het is alsof je iemand betaalt om de meest pijnlijke uitspraken uit jou en je partner te trekken. En daarna zou er meer begrip en intimiteit in je relatie moeten komen? Vrij belachelijk eigenlijk. Voor mij waren die wekelijkse sessies een straf. De therapie leek ons alleen maar verder uit elkaar te drijven.’ IJzige stilte ‘Wanneer we terug naar huis reden van weer zo’n emotionele uitputtingsslag, kon ik me niet eens meer herinneren wat ik ooit zo leuk had gevonden aan Bas. Ik wist dat ik van hem hield, maar ik kon me gewoon niet herinneren waarom. Achteraf weet ik dat hij het op een soortgelijke manier ervoer. De rit naar huis gebruikten we in het algemeen om in een ijzige stilte onze geestelijke wonden te likken, en ikzelf moest moeite doen om mijn tranen terug te dringen. Eenmaal thuis trokken we ons meestal direct terug, we communiceerden niet meer. Bas ging hardlopen of verdween naar zijn kantoortje. Ik zat eindeloos te surfen op internet. Meestal zonder te onthouden wat ik had gelezen. We waren allebei diep ongelukkig, maar we wisten niet hoe we de afstand naar elkaar konden overbruggen. Op een avond googelde ik op alternatieve vormen van relatietherapie en stuitte ik op een wetenschappelijke studie waarin psychische trauma’s werden behandeld met microdoses lsd. Ik klikte door en kwam terecht bij een krantenartikel van een paar jaar oud waarin een Belgische psychiater vertelde over stellen die MDMA gebruiken vanuit therapeutisch oogpunt. Niet dat hij het wilde aanraden, maar hij kon wel begrijpen dat mensen ervoor kozen. Want het gebruik van de drug zou sterke gevoelens van empathie en verbondenheid opwekken. Ik vond het fascinerend, maar ver van mijn bed. Buiten een jointje op mijn vijftiende had ik nooit drugs aangeraakt. Het was gewoon not done in mijn sociale kring. Verhalen die ik had gehoord over bad trips vond ik doodeng. Maar toch. Hoe meer ik erover las, hoe meer ik ervoor voelde om het idee een kans te geven. Ik wilde af van die steen in mijn maag, het voortdurende gevoel van samen eenzaam zijn en de pijnlijke gesprekken tijdens relatietherapie. Het was erop of eronder, en extreme situaties vragen soms om extreme oplossingen, zei ik tegen mezelf.’
Het bericht Sasha: ‘Onze relatietherapeut heet MDMA’ verscheen eerst op V!VA - Niets te verbergen.