Iedere (bijna) moeder vraagt zich weleens af hoe anderen dingen aanpakken. Zo ook VIVA Mama’s Sarah. Ze zocht online naar lotgenoten, maar stuitte vooral op hypermama’s. ‘Is er in moederland dan helemaal niemand normaal?’ Toen ik vier jaar geleden zwanger was van mijn zoon Ezra, dacht ik in al mijn heerlijke naïviteit dat ik nu vast in een wereld terecht zou komen die warm en lief was. Ik zag mezelf met rode blossen, woeste krullen en de deinende tred van de oermoeder over straat schrijden, terwijl alle deuren voor me werden opengehouden en de mensen in de tram opstonden als ik een stap over de drempel zette. En dat niet alleen. ‘Ik dacht aan andere moeders die met bemoedigende commentaren elkaar zouden steunen door dik en dun’ Ik dacht aan de warme deken van sisterhood die over me heen zou vallen. De moeders onderling, die met begrijpende knikjes, het oprapen van de vieze speen van de dreumes van de ander en bemoedigende commentaren elkaar zouden steunen door dik en door dun. De tips die ik zou krijgen, de manier waarop de jonge moeders gezamenlijk een weg zouden vinden waarin we én goede moeders én leuke individuen zouden blijven. Want dat laatste was nog wel hetgeen waar ik me het meeste zorgen over maakte. Zou ik nog wel tijd en ruimte over houden om te werken en te denken, of zou ik helemaal opgeslokt worden door de baby? Ik rekende erop dat er genoeg moederschapsartikelen geschreven zouden zijn om me daarbij te helpen. Ik was toch per slot van rekening niet de enige met deze vraag? Bemoeierige betweters Nou, dat was natuurlijk een beetje gek gedacht van mij. Want toen ik me tijdens m’n eerste zwangerschap eens voorzichtig op internet begaf, op zoek naar wat medemoeders in spé, zette ik daarmee ongemerkt de eerste stap in een biotoop die me bovenstaande illusies in raptempo ontnam. Allereerst verbaasde de veelheid informatie me. Als je de pagina’s van alle Nederlandstalige moederfora zou uitprinten en achter elkaar zou leggen, kun je, schat ik, zes keer de wereld rond. ‘Het was raar om niet van draagdoeken te houden’ En niet alleen met betrekking tot voedsel tijdens de zwangerschap, nee, overal bestonden dogmatische ideeën over. Zo was het niet goed om baby’s op hun eigen kamer te leggen, die moesten zeker een half jaar stijf naast de ouders slapen. Het was raar om niet van draagdoeken te houden. En ronduit misdadig om na drie maanden te stoppen met borstvoeding geven. Natuurlijk kun je best stellen dat op die fora voornamelijk de fanatiekelingen zitten, die niet per definitie de hele moedergemeenschap vertegenwoordigen. Maar het waren wel de vrouwen die het meest in het oog sprongen als ik googelde op iets simpels als ‘vanaf wanneer oppas om uit te gaan?’ (Antwoord volgens de fora: wacht daar een half jaar mee om ernstige breuken in de hechtingsperiode te voorkomen.) Zure zeurpieten Tegenover de geobsedeerde hypermama’s stonden de lekker stoute moeders, die zich klagend en steunend een weg door de tropenjaren baanden. Van hen kreeg ik voornamelijk het idee dat het hele kinderen verzorgen een hel zou worden, waar ik mezelf slechts met liters witte wijn doorheen zou sleuren. Zelf hadden ze het idee met hun gezucht om meer tijd om hete koffie te kunnen drinken en hun nagels weer eens te kunnen lakken progressief te zijn, maar ik vond ’t onuitstaanbare zeurpieten. Want, laten we wel wezen: warme dranken zijn heerlijk, maar geen eerste levensbehoefte. ‘Was er nou niemand in moederland redelijk, gematigd of: normáál?’ Bovendien: je hebt toch hoogstwaarschijnlijk zelf gekozen voor een kind? Dan is het een beetje sneu als je kroost later terugleest dat mama je nogal vermoeiend en onuitstaanbaar vond. En waarom werd er door die ‘lekker realistische’ moeders nou nooit eens iets geschreven over de drang om weer terug naar je werk te gaan of weer eens een goed boek te lezen? Hadden ze die eigenlijk wel? Kortom: waarom moest het – terechte – verzet tegen de dogmatische hypermama uitmonden in kinderachtige en lege verlangens? Was er nou niemand in moederland redelijk of gematigd of: normáál? Het nieuwe ideaal Nog opvallender vond ik de totale afwezigheid van de vader. En áls hij dan eens aan bod kwam, werd hij beschreven als het goedbedoelende, maar uiterst onhandige derde of vierde kind, aan wie je niet bijster veel had tijdens nachtelijke huiluurtjes. Helaas, de Nederlandse moederliteratuur staat bol van de achterhaalde en clichématige rollenpatronen die bestreden moeten worden, in plaats van steeds weer opgedregd onder het mom van ‘herkenbaarheid.’ Misschien vonden andere vrouwen dat ook en is er daarom de laatste jaren een nieuw soort, schijnbaar minder dogmatisch moederschapsideaal ontstaan dat vooral op Instagram, en in mindere mate op Facebook, geuit wordt. Maar niet te vroeg gejuicht: ook hier gaat het niet om een geëmancipeerde vorm van moederschap waarin eindelijk eens wat losser wordt gedacht over allerlei zaken rondom de verzorging van je baby. De nieuwe trend draait nog steeds om volledig toegewijd moederschap, waarbinnen het dragen in kostbare doeken, het serveren van biologisch en zelfbereid voedsel, het gebruik van genezende kristallen en de aanschaf van helende zalven op basis van natuurproducten een gegeven is. Het voortschrijdende inzicht heeft dan wel veroorzaakt dat het bevelende toontje, dat de forummoeders zo kenmerkte, niet meer gebezigd wordt. Alles is een eigen keuze, er wordt niets opgelegd. ‘Is dit alles wat er is?’ De druk is vele malen implicieter: door middel van de schitterende instagramplaatjes van (opgeruimde!) huizen vol waanzinnige meubels, de prachtige outfits van de kinderen, de barnstenen kettinkjes, de bedoeïenenkleden op de vloeren en het houten speelgoed, lijkt attachment parenting een na te streven idylle. Dat is helemaal geen schande en er is natuurlijk zelfs heel veel vóór een gezonde en bewuste levensstijl te zeggen. Maar zoals een beroemde Nederlandse band ooit al zong: is dit alles wat er is?
Het bericht Instamama’s: De übermoeder als rolmodel? verscheen eerst op V!VA - Niets te verbergen.