Quantcast
Channel: Magazine Viva – V!VA – Niets te verbergen
Viewing all articles
Browse latest Browse all 2509

Özcan Akyol: ‘Ik heb veel angsten om alles kwijt te raken’

$
0
0

Het is maar goed dat hij niet van stilzitten houdt, want met een nieuw seizoen van ‘Sterren op het doek’ en het nieuwe programma ‘Eus’ boekenclub’ heeft Özcan Akyol (36) daar ook geen tijd voor. ‘Ik stort in als ik niets doe.’ De meeste boekenprogramma’s worden door geen hond bekeken. Ga jij het tij keren? ‘Het zou aanmatigend zijn om dat te zeggen. Die ambitie heb ik ook niet. Ik wilde iets maken wat ik zelf graag zou zien. Er wordt vaak over literatuur gesproken als een zaak van leven of dood, maar mensen vergeten dat lezen ook gewoon amusement is. Mijn programma is een goede mix van diepgang, lichtheid en humor.’ Had jij vroeger thuis, in het arbeidershuisje met één slaapkamer voor het hele gezin, gelegenheid om te lezen? ‘Nee, nee. Mijn ouders zijn allebei analfabeet, dus lezen was van huis uit geen missie. Ik was een vroegwijs jongetje dat veel praatte en zich uitleefde met zijn fantasie. Vol levenslust en nieuwsgierigheid. Pas op mijn negentiende ben ik echt gaan lezen. Dat was in het Huis van Bewaring, waar ik tien weken zat. Er was geen tv en geen radio, maar ik kreeg wel toegang tot de bajesbieb. Daar ontdekte ik voor het eerst dat letters een film worden in je hoofd. Het klinkt bijna infantiel, maar als je daarvoor nooit écht hebt gelezen, is dat een sensatie.’ Hoe maak je de overstap van lezer naar schrijver? ‘Tussen mijn tiende en twintigste levensjaar was ik behoorlijk wild en roekeloos. Brievenbussen opblazen met vuurwerk, inbreken in een bibliotheek. Echt onaangepast. Toen ik eenmaal ging lezen, kwam ik vrij snel het boek Ik, Jan Cremer tegen. Ook al heeft hij geen Turkse achtergrond, ik herkende daar zo veel in. De enorme drift en energie, de onverzadigbaarheid. Niet helemaal willen deugen, maar ook niet per se slecht zijn. Mij was altijd verteld dat ons slechte gedrag niet loonde en dat we outlaws waren, maar Jan Cremer liet zien dat je van die positie ook iets moois kunt maken. Je kunt het omzetten in literatuur, zodat het kunst wordt. Toen heb ik het nogal megalomane plan opgevat om zelf schrijver te worden. Ik had geen idee hoe dat eruitzag, maar amper negen jaar later was mijn eerste roman er.’ Kwam het als een verrassing dat je debuutroman Eus een bestseller werd? ‘Ja. Met terugwerkende kracht besef ik dat iedere beginnende schrijver droomt van zo’n debuut, maar daar was ik me totaal niet van bewust. Het is me allemaal overkomen. Je hebt schrijvers die al schrijvende vrienden hebben of mensen kennen in de journalistiek. Uit Deventer komen geen auteurs. Het was me tamelijk onbekend, de wereld van de boeken en uitgevers, maar ook de dynamiek die erbij hoort als je naam maakt.’ Lees ook: Marcel van Roosmalen: ‘Ik ben geen lachebekje, maar toch wel een leuke man’ Wat deed het met je dat je werd omarmd als hét nieuwe talent? ‘Ik deed iets wat niet doordacht was, maar wel handig: ik bleef mezelf. Daardoor ben ik mezelf niet kwijtgeraakt. Tegen jonge mensen die willen debuteren, zeg ik altijd dat ze zich bewust moeten blijven van hoe vergankelijk het is. Je moet er niet zelf in gaan geloven. Ik heb dat allebei op geen enkel moment gedaan. Dat is inherent aan mijn karakter. Ik volg mijn eigen pad en ben moeilijk in het gareel te houden. In teams functioneer ik niet goed, ik doe nooit leuk mee en mijn irritaties kan ik niet onderdrukken. Maar ik heb ook veel angsten om alles kwijt te raken. Daarom kon ik het altijd relativeren.’ Hoe denk je dat je leven eruit had gezien als je geen schrijver was geworden? ‘Ik heb lang gedacht dat ik misschien op het criminele pad was beland, maar nu denk ik: dat kan ik niet. Ik heb een soort ondernemingsgeest in me, dus ik denk dat ik tot inkeer was gekomen. Het is koffiedik kijken, ook omdat mijn relatie met mijn vriendin Anna veel impact op me heeft gehad. Voordat ik haar ontmoette, was ik altijd onrustig en aan het jagen op vrouwen. Anna is de stabiele factor in mijn leven.’ Wat maakt Anna anders dan de vrouwen die er voor haar waren? ‘Ze is de opposite van al mijn imperfecties, en daar zijn er veel van. Ik ben antisociaal en hou niet van groepen mensen, feestjes en dat soort dingen. Anna vindt dat je af en toe wel ergens naartoe moet, al is het maar uit beleefdheid. Ik ben heel zwart/wit en schrijf iemand meteen af als hij of zij me heeft teleurgesteld, Anna is van de grijstinten en de nuance. Ik kan tamelijk bandeloos zijn in wat ik allemaal wil doen en aanpakken, Anna zorgt ervoor dat ik mezelf niet voorbijloop. Andersom zijn er ook dingen waarvan ik hoop dat ik haar help. We hebben rust in elkaars leven gebracht, zijn vrij vlug gaan samenwonenen hebben de kinderen achter elkaar gekregen. Alles bij ons is snel gegaan.’ Wilde je altijd al een gezin? ‘Ik heb heel lang gedacht dat ik dat niet wilde. Het leek me een te grote opoffering van mijn vrijheid en ik dacht dat ik geen goede vader zou kunnen zijn. Dat kwam misschien ook omdat ik een achterhaald klassiek beeld had van wat een vader moest zijn. Mijn eigen jeugd was niet prettig, met een vader die er nooit voor mij is geweest. Ik vond dat ik dat radicaal anders moest aanpakken, in de zin van er altijd zijn voor mijn kinderen, ze alles geven. In het begin heb ik dat ook wel nagestreefd. Mia liep rond in pakjes van Hugo Boss en had acht soorten schoenen van Adidas en Nike. Op zulke momenten is het fijn dat ik Anna heb, die zei: ‘Ik weet niet wat jij aan het compenseren bent, maar dit slaat nergens op. Het is prima als je op honderd procent inzet, maar je hoeft niet voor driehonderd procent vader te zijn.’ Dat waren momenten waarop ik langzaam ging inzien dat je niet moet doorslaan in de perfecte vader willen zijn. Als ik een keer om middernacht thuiskom van mijn werk, is dat niet meteen emotionele verwaarlozing. Zolang ze maar weten dat ik terugkom, is er niets aan de hand.’

Het bericht Özcan Akyol: ‘Ik heb veel angsten om alles kwijt te raken’ verscheen eerst op V!VA - Niets te verbergen.


Viewing all articles
Browse latest Browse all 2509