Seks: het lijkt ieders favoriete tijdverdrijf te zijn. Maar voor Laurence (29) gaat dat niet op, zij walgt van het idee alleen al.
‘Ik denk dat iedereen wel met me eens is dat seks, objectief bekeken, een morsige bezigheid is. Iets wat voor de meeste mensen geen probleem is als ze iemand seksueel aantrekkelijk vinden en ze opgewonden worden. Voor mij is dat anders. Ik vind het idee alleen al ontzettend smerig. Sterker nog: van de gedachte aan een tongzoen word ik al misselijk.’
‘Mijn afkeer van lichamen begon al heel jong. Een van mijn eerste herinneringen op dat gebied is dat ik op de lagere school een keer hand in hand moest lopen met een klasgenootje. Het gevoel van de handpalm van dat meisje tegen die van mij deed me bijna kokhalzen: zo warm en klam, glad en zweterig. Als ik me op dat gevoel concentreer, het als het ware terughaal, voel ik me weer een beetje onpasselijk worden.’
‘Later, op de middelbare school, werd mijn afkeer nog groter. Terwijl mijn vriendinnen vriendjes begonnen te krijgen en met rode blosjes van opwinding vertelden hoe lekker zo’n knul kon zoenen, griezelde ik van hun verhalen. Ik háát speeksel. Smakkende lippen, mensen die hun vingers aflikken of kauwen met hun mond open, spuugdraadjes tussen tanden of mondhoeken: ik vond – en vínd – het allemaal even walgelijk. Tegelijk baalde ik, omdat ik geen buitenstaander wilde zijn. Ik wilde, net als mijn vriendinnen, ook gewoon dit soort dingen meemaken zonder het smerig te vinden.’
Ergens overheen zetten
‘Helaas ben ik nooit op dat punt gekomen. Ik moet bekennen dat ik tot mijn twintigste nooit verder ben gekomen dan een kuis zoentje op de mond, met ferm gesloten lippen. En zelfs daarvoor moest ik mezelf echt ergens overheen zetten. Terwijl ik degene die ik kuste al maanden leuk vond. Alleen, toen het puntje bij paaltje kwam en onze ‘vriendschappelijke’ zoen langer werd, zijn lippen van elkaar weken en ik het puntje van zijn tong de mijne voelde zoeken, duwde ik hem ruw van me af en maakte me met een doorzichtige smoes uit de voeten.’
‘De volgende dag zag hij me niet meer staan. Vreselijk vond ik het, want ik wilde hem helemaal niet afwijzen, maar dat was als zestienjarige puber nog wat te verwarrend om uit te leggen. Ik kreeg daarom de reputatie dat ik hard to get was. Stoer, vonden mijn vriendinnen. Want als iets een uitdaging is voor puberjongens vol hormonen… Zelf hield ik die reputatie overigens graag in stand. Ik was als de dood dat mijn klasgenoten erachter zouden komen dat ik ‘niet normaal’ was.’
‘Om misverstanden te voorkomen: ik kan me zeker fysiek aangetrokken voelen tot sommige mensen. Soms direct bij de eerste aanblik, of het groeide na verloop van tijd. Maar het lezen of zien van een seksscène, of zelfs verwijzingen naar naaktheid of orale seks, staat me ontzettend tegen. Ook de gedachte aan zweet vind ik smerig. Ik haat het zelfs om mijn eigen voeten of vagina aan te raken. Wat dat betreft is deze coronatijd, met social distancing, voor mij ideaal. Ik heb handen schudden altijd al een smerige gewoonte gevonden en zelfs mensen die me na staan, zoen ik liever niet op de wang. Al vind ik dat minder erg dan zo’n hand van iemand die misschien wel net naar het toilet is geweest of in zijn neus heeft gepeuterd.’
Geen ‘freak’ zijn
‘Rond mijn twintigste was ik er klaar mee om een ‘freak’ te zijn. Ik zei tegen mezelf dat ik me aanstelde en dwong me over mijn walging heen te zetten. In de praktijk hield dat in dat ik me regelmatig katjelam dronk, om maar te kunnen zoenen tijdens het uitgaan. In diezelfde periode heb ik ook een korte relatie gehad met een jongen die ik zo ontzettend aantrekkelijk vond dat ik zijn lichaamsvocht enigszins kon ‘tolereren’.’
‘Helaas was het seksueel een drama. Het strelen en knuffelen ging nog, maar het gesabbel aan mijn tepels deed me verstijven en de paar keer dat zijn penis bij me in de buurt kwam, verkrampte ik zodanig dat alle pogingen me te penetreren op niets uitdraaiden. Ik weet nog hoe ontzettend rot ik me voelde toen hij heel lief voorstelde dat ik misschien een keer naar de dokter moest gaan omdat ik misschien wel vaginistisch was. Hij wilde best mee als ik het eng vond, zei hij. Ik knikte maar een beetje.’
‘Ik kon het niet over mijn hart verkrijgen om hem te vertellen dat ik geen enkele moeite had met mijn uit de kluiten gewassen vibrator van fris, glad plastic. Want masturberen? Ja, dat doe ik dus wel. Maar zodra er een echte penis bij me in de buurt komt, ga ik ‘op slot’. Op die manier ben ik dus nog maagd. In het begin hield ik de vibrator gewoon tussen mijn benen. De trillingen vond ik prettig, maar ik merkte dat het me altijd achterliet met een vervelend, zwaar, drukkend gevoel in mijn onderbuik.’
‘Daardoor ben ik verder gaan experimenteren, tot ik een keer een extreme reactie kreeg. Een soort golven die me overspoelden. Dat ik zoiets kon ervaren, verraste me zo erg, dat ik het met mijn vriendinnen deelde. Voor het eerst voelde ik me een beetje normaal: ik kon blijkbaar een orgasme krijgen! Maar toen het gesprek verder ging en zij vertelden waar zij op zo’n moment aan dachten, verdween dat gevoel weer. Zie je wel, dacht ik, ik ben toch echt anders.’
Tekst: Vivienne Groenewoud | Beeld: Getty
Deze ‘In Vertrouwen’ lees je in VIVA-23-2021. Deze editie ligt vanaf 9 juni in de winkel.
Sommige artikelen kun je maar gedeeltelijk lezen op viva.nl, omdat ze afkomstig zijn uit de papieren VIVA. Uit respect naar onze abonnees én om te zorgen dat wij online leuke gratis content kunnen blijven maken. We hopen te kunnen rekenen op je begrip!
VIVA nieuwsbrief
Iedere week de leukste nieuwsbrief van Nederland in je mailbox?
Het bericht In vertrouwen: ‘Van de gedachte aan een tongzoen word ik al misselijk’ verscheen eerst op V!VA - Niets te verbergen.